Eigen plan en mentoraat
De begeleiding van een leerling begint bij de mentor; de mentor heeft een belangrijke positie binnen de school. Het is het eerste aanspreekpunt voor de leerlingen en de ouders.

Aan het begin van elk schooljaar maakt iedere leerling voor zichzelf een ontwikkelings-perspectiefplan, (OPP-light). In dat plan komt te staan welk diploma een leerling wil halen, wat de doelen zijn voor het komende schooljaar en wat de leerling nodig heeft om die doelen te bereiken. Het OPP-light wordt meerdere malen per jaar besproken met de mentor en de ouders.
Als een leerling problemen heeft die het leren in de weg staan, is de mentor de eerste persoon bij wie de leerling terecht kan. De mentor bespreekt de problemen met de leerling en neemt, als dat nodig is, contact op met ouders. De mentor kan ook overleggen met de teamleider of de zorgcoördinator of het probleem bespreken met andere docenten in een leerlingbespreking.

meisje-steekt-hand-inde-lucht

Het Ondersteuningsteam
Soms is het nodig dat de situatie van een leerling wordt besproken in het ondersteuningsteam. De leden van het ondersteuningsteam bespreken met elkaar wat de leerling nodig heeft. Dat kan zijn: een training, gesprekken, extra bijles, een onderzoek, een bepaalde aanpak in de klas of begeleiding buiten de school. Soms is het nodig om ook externe partijen te betrekken. Er vindt dan overleg plaats met professionals van buiten de school, zoals de schoolverpleegkundige, de leerplichtambtenaar, het wijkteam en soms met de wijkagent. Er kan ook contact gelegd worden met de onderwijsconsulent van ons samenwerkingsverband KoersVO. Dit zal altijd in overleg met de leerling en de ouders gebeuren.

Het ondersteuningsteam bestaat uit:
• Schoolmaatschappelijk werk: de heer S. Klaasen en mevrouw A. van den Bos
• Schoolloopbaan coach: mevrouw S. Kesarlal
• Schoolpsycholoog: mevrouw V. Vergunst
• Medewerkers Ouderbetrokkenheid: mevrouw Z. Nazoume
• Ondersteuningscoördinator: mevrouw S. Kesarlal

Trainingen & themaweken
Melanchthon Wilgenplaslaan biedt trainingen en themaweken voor leerlingen, gericht op het verder ontwikkelen van hun (sociale) vaardigheden:
• Empowermenttraining
• Examenvreestraining / faalangsttraining
• Weerbaarheidstraining (Voel je Sterk)
• Aandacht training (mindfulness)
• Rots & Water
• Week van de liefde
• Week van veilig opgroeien

Pesten
Pesten komt helaas op iedere school voor, dus ook op Melanchthon Wilgenplaslaan. Pesten is een vorm van geweld, gebeurt op verschillende manieren en kan ernstige gevolgen hebben. Bij pesten zijn er verschillende rollen, te weten: de pester, gepeste, de meelopers en de kinderen die niets doen tegen presten. Melanchthon Wilgenplaslaan wil een school zijn waar kinderen, ouders en medewerkers zich zo zijn en veilig mogelijk voelen. Als kinderen en medewerkers zich veilig voelen, kan dit ten goede komen van de schoolprestaties en het contact tussen de leerlingen. Om deze reden wil Melanchthon Wilgenplaslaan pesten voorkomen en bestrijden. Dit doen we samen met de leerlingen, ouders en de medewerkers van school.

Op de pagina schooldocumenten is de meest recente versie van het “Veilig naar school” beleid te vinden.

Melanchthon Wilgenplaslaan heeft twee medewerkers die opgeleid zijn tot veiligheidscoördinatoren. Zij zijn samen met de mentoren het aanspreekpunt voor leerlingen, de ouders en de medewerkers.

De veiligheidscoördinatoren van Melanchthon Wilgenplaslaan zijn:

  • De heer Doughlaj
  • Mevrouw Maie

Dyslexie
Voor leerlingen met dyslexie geldt dat zij een dyslexiepas krijgen. Daarop staat wat hun rechten en plichten zijn. In overleg met de leerling en ouders wordt er gewerkt met extra tijd en softwareprogramma’s. Een dyslexiepas wordt altijd ‘op maat’ gemaakt. De officiële dyslexieverklaring wordt in het schooldossier opgenomen.

In de eerste klas vindt een dyslexiescreening plaats (volgens protocol dyslexie VO); leerlingen die moeite hebben met technisch lezen en spellen worden onderzocht. Besloten kan worden dat de leerling een aantal maanden extra begeleiding krijgt (in een klein groepje) op het gebied van technisch lezen en spellen. Na de begeleiding wordt gekeken of de leerling vooruitgegaan is. De begeleider overlegt met de mentor en de schoolpsycholoog of een onderzoek naar dyslexie nodig is. Dit zal in overleg met de ouders gebeuren. Het dyslexieprotocol kan worden opgevraagd bij de zorg coördinator.

Dyscalculie
Op school is een rekencoördinator aanwezig. Wanneer een leerling opvalt tijdens de rekenlessen vanwege een grote achterstand die na veel oefenen blijft bestaan, overlegt de reken coördinator met de schoolpsycholoog. De schoolpsycholoog kan onderzoek doen naar dyscalculie. Dit zal in overleg met de leerling en de ouders gebeuren.

Beroepsgerichte begeleiding 
Voor de leerlingen in de bovenbouw zijn er diverse medewerkers beschikbaar die helpen bij ontwikkeling richting vervolgopleidingen en stages. Wanneer een leerling niet goed weet welke vervolgopleiding bij hem of haar past kan een gesprek worden aangevraagd met de studieloopbaancoach (mevrouw Kesarlal) of een decaan (dhr. van Rijn of dhr. Twaalfhoven). In het derde en vierde leerjaar lopen alle leerlingen een beroepsgerichte stage. Mevrouw Nathie, stag coördinator, biedt de leerlingen sollicitatietrainingen en zorgt in samenwerking met ouders, leerlingen en bedrijven dat alle leerlingen een stageplek hebben. 

Medicijngebruik
Sinds 2015 is het niet meer toegestaan dat de medewerkers van de school medicatie aan leerlingen verstrekken. Het protocol Medisch handelen en medicijnverstrekking aan leerlingen is hierbij van toepassing.

Op de pagina schooldocumenten is de meest recente versie van het protocol medisch handelen te vinden.

Goed toekomstgericht onderwijs

Goed contact met ouders